Руководство Пользователя для Brother HL-2460

Скачать
Страница из 168
HOOFDSTUK 2 AFDRUKKEN VIA TCP/IP
2-6
Afdrukken vanaf Windows NT 4.0
(Printerdriver is nog niet geïnstalleerd)
1.  Klik op Start, kies Instellingen en selecteer Printers. Dubbelklik op het pictogram
Printer toevoegen. De Wizard Printer toevoegen wordt geopend. Kies Deze Computer
(niet Netwerkprinter) en klik op Volgende.
2.  Selecteer Poort toevoegen, selecteer in de lijst van beschikbare poorten de LPR-poort
(zoals reeds eerder vermeld, wordt de LPR-poort alleen getoond als het "Microsoft
TCP/IP Printing"-protocol is geïnstalleerd) en klik op Nieuwe poort.
3.  Typ het IP-adres dat u aan de afdrukserver wilt toewijzen in het vak Naam of adres
van server die lpd:  levert.  Als u het HOSTS-bestand hebt bijgewerkt of een
domeinnaamsysteem gebruikt, kunt u i.p.v. het IP-adres de naam invoeren die met de
afdrukserver wordt geassocieerd. Aangezien de afdrukserver TCP/IP- en NetBIOS-
namen ondersteunt, mag u ook de NetBIOS-naam van de afdrukserver invoeren. De
NetBIOS-naam kunt u vinden door de configuratiepagina af te drukken. Standaard
wordt de NetBIOS-naam getoond als “BRN_xxxxxx”, waar xxxxxx de laatste zes
tekens zijn van het Ethernetadres.
4.  Typ de servicenaam van de afdrukserver in het vak Naam van printer of
afdrukwachtrij op die machine.   Weet u niet welke servicenaam u moet gebruiken,
voer dan BINARY_P1 in en klik op OK:
Opmerking
Raadpleeg het hoofdstuk 
voor nadere informatie over servicenamen.
5.  Klik op Sluiten. Het nieuwe IP-adres van de afdrukserver moet nu in de lijst staan en
als een beschikbare poort zijn gemarkeerd. Klik op Volgende.
6.  Selecteer het gewenste printermodel. Als het juiste model niet wordt getoond, klikt u
op "Diskette" en plaatst u de benodigde driverdiskettes.
7.  Als de driver reeds bestaat, selecteert u Bestaand stuurprogramma houden (als de
driver nog niet bestaat, wordt deze stap overgeslagen), waarna u op Volgende klikt.
8.  Indien gewenst, verandert u de naam van de printer en klikt u op Volgende.
9.  Indien gewenst, maakt u van deze printer een gedeelde printer (zodat andere
gebruikers er toegang toe hebben), en selecteert u de besturingssystemen die op de
andere computers draaien. Klik op Volgende.
10.  Selecteer Ja als antwoord op de vraag "Wilt u een testpagina afdrukken?". Klik op
Voltooien om de installatie te voltooien. U kunt nu op deze printer afdrukken alsof
het een locale printer was.