Инструкция С Настройками для Brother PE-DESIGN 10

Скачать
Страница из 353
134
B
o
rduu
rpa
trone
n ma
ke
n me
t a
fbe
eldinge
n
Functies van Automatisch perforeren
Functies van Automatisch perforeren
a
Weergave resultaat
De resulterende geanalyseerde afbeelding 
verschijnt in het kader Weergave resultaat.
b
Gebiedskleuren weglaten/Lijnkleuren 
weglaten
In de lijst [Gebiedskleuren weglaten] en 
[Lijnkleuren weglaten] klikt u op de 
kleuren om te selecteren of ze worden 
genaaid.
U kunt selecteren of gebieden worden 
genaaid of niet door hun kleuren te 
selecteren. Doorgestreepte kleuren zijn 
ingesteld om niet genaaid te worden.
c
Zoomen
d
Lijnen maken
Klik op deze knop om het dialoogvenster 
[Gebieden selecteren] te openen. Hier 
kunt u de gebieden selecteren die moeten 
worden geconverteerd naar lijnen.
Klik op de gebieden die moeten worden 
geconverteerd naar lijnen. Klik vervolgens 
op [OK].
e
Garenkleurkaart
Selecteer de garenkleurkaart die u wilt gebruiken.
f
Maskeromt.toev.
Als dit selectievakje is ingeschakeld, 
worden lijngegevens gemaakt uit de 
maskeromtrek.
g
Ruisonderdrukking
Hiermee geeft u op in hoeverre ruis 
(vervorming) wordt verwijderd uit de afbeelding.
h
Segmentatiegevoeligheid
Hiermee stelt u de gevoeligheid van de 
afbeeldingsanalyse in.
i
Maximum aantal kleuren
Hiermee stelt u het aantal gebruikte kleuren in.
j
Opnieuw
Klik op deze knop om het resultaat van de 
wijzigingen weer te geven.
Dialoogvensters 
Parameters voor 
automatisch perforeren
b
• Als u wilt selecteren of een deel van de afbeelding 
al dan niet wordt genaaid, klikt u in het kader 
Weergave resultaat of in de lijst [Gebiedskleuren 
weglaten] of [Lijnkleuren weglaten].
• Gebieden die in het kader Weergave resultaat 
zijn gevuld met een dubbel gearceerd patroon, 
worden niet genaaid.
Ook lijnen die worden weergegeven als een 
stippellijn, worden niet genaaid.
1
Deze gebieden worden niet genaaid.
a
c
b
d
e
j
i
f
g
h
1