Инструкция С Настройками для Brother PE-DESIGN 10
295
Voor basisbewerkingen
Voor basisbewerkingen
U kunt geïmporteerde steekpatronen in Layout & Editing
vergroten of verkleinen op de volgende drie manieren:
1 U kunt steekpatronen eenvoudig vergroten/
vergroten of verkleinen op de volgende drie manieren:
1 U kunt steekpatronen eenvoudig vergroten/
verkleinen.
2 U kunt steekpatronen vergroten/verkleinen
terwijl u de toets <Ctrl> ingedrukt houdt.
3 Met de functies [Converteren naar blokken]
kunt u steekpatronen vergroten/verkleinen
nadat deze zijn geconverteerd naar groep- of
vormpatronen met meerdere naairichtinglijnen.
nadat deze zijn geconverteerd naar groep- of
vormpatronen met meerdere naairichtinglijnen.
Met methode 1 wordt het stiksel dichter of lichter
zonder dat het aantal genaaide steken wordt
gewijzigd. Dit betekent dat wanneer het patroon
sterk wordt vergroot of verkleind, de
borduurkwaliteit wordt gewijzigd doordat de
draaddichtheid wordt aangepast. Gebruik deze
methode wanneer u het steekpatroon slechts iets
vergroot of verkleint.
Met methode 2 wordt de grootte van het patroon
gewijzigd terwijl de draaddichtheid en naaldposities
behouden blijven. Als de oorspronkelijke
draaddichtheid en naaldposities in het steekpatroon
echter niet gelijkmatig zijn, blijven de draaddichtheid
en naaldposities mogelijk niet behouden, zelfs niet
met deze methode. Vergroot/verklein het patroon
terwijl u het voorbeeld controleert. Gebruik deze
methode niet wanneer u het steekpatroon slechts
iets vergroot of verkleint.
Met methode 3 blijft de draaddichtheid behouden
terwijl het patroon wordt vergroot of verkleind. De
naaldposities blijven echter niet volledig behouden.
Gebruik deze methode wanneer u het stiksel of de
vorm wilt wijzigen. Gebruik deze methode niet
wanneer u het steekpatroon slechts iets vergroot of
verkleint.
zonder dat het aantal genaaide steken wordt
gewijzigd. Dit betekent dat wanneer het patroon
sterk wordt vergroot of verkleind, de
borduurkwaliteit wordt gewijzigd doordat de
draaddichtheid wordt aangepast. Gebruik deze
methode wanneer u het steekpatroon slechts iets
vergroot of verkleint.
Met methode 2 wordt de grootte van het patroon
gewijzigd terwijl de draaddichtheid en naaldposities
behouden blijven. Als de oorspronkelijke
draaddichtheid en naaldposities in het steekpatroon
echter niet gelijkmatig zijn, blijven de draaddichtheid
en naaldposities mogelijk niet behouden, zelfs niet
met deze methode. Vergroot/verklein het patroon
terwijl u het voorbeeld controleert. Gebruik deze
methode niet wanneer u het steekpatroon slechts
iets vergroot of verkleint.
Met methode 3 blijft de draaddichtheid behouden
terwijl het patroon wordt vergroot of verkleind. De
naaldposities blijven echter niet volledig behouden.
Gebruik deze methode wanneer u het stiksel of de
vorm wilt wijzigen. Gebruik deze methode niet
wanneer u het steekpatroon slechts iets vergroot of
verkleint.
Selecteer een naairichting loodrecht op de lange
zijde van het gebied om trekken van de stof te
beperken.
zijde van het gebied om trekken van de stof te
beperken.
Nadat u een borduurpatroon hebt gemaakt dat
bestaat uit verschillende onderdelen (in Layout &
Editing of Design Center), moet u de naaivolgorde
controleren en deze zo nodig corrigeren.
Met Layout & Editing is de standaardnaaivolgorde
de volgorde waarin onderdelen worden getekend.
Met Design Center is de standaardnaaivolgorde de
volgorde waarin de naai-eigenschappen worden
toegepast.
Pas op bij het wijzigen van de naaivolgorde.
Mogelijk worden overlappende gebieden onjuist
geplaatst.
bestaat uit verschillende onderdelen (in Layout &
Editing of Design Center), moet u de naaivolgorde
controleren en deze zo nodig corrigeren.
Met Layout & Editing is de standaardnaaivolgorde
de volgorde waarin onderdelen worden getekend.
Met Design Center is de standaardnaaivolgorde de
volgorde waarin de naai-eigenschappen worden
toegepast.
Pas op bij het wijzigen van de naaivolgorde.
Mogelijk worden overlappende gebieden onjuist
geplaatst.
Steekpatronen vergroten/
verkleinen
verkleinen
a
Met deze software kunt u een groot aantal
borduurpatronen maken en kunt u een breed scala
aan naai-eigenschappen instellen
(draaddichtheid, steeklengte, enzovoort). Het
(draaddichtheid, steeklengte, enzovoort). Het
uiteindelijke resultaat hangt echter ook af van het
model borduurmachine dat u gebruikt. Wij raden u
aan een proeflapje te naaien met de door u
aan een proeflapje te naaien met de door u
ingestelde naaigegevens voordat u op de
uiteindelijke stof naait. Naai het proeflapje op
hetzelfde soort stof als het uiteindelijke materiaal
hetzelfde soort stof als het uiteindelijke materiaal
en gebruik dezelfde naald en hetzelfde
borduurgaren.
Naairichting
Meer kans dat de stof gaat trekken
Minder kans dat de stof gaat trekken
Naaivolgorde