Техническая Спецификация для Reely RC model speedboat ARR 935 mm BM301A

Модели
BM301A
Скачать
Страница из 84
74
e) De eerste vaart
De stuurelektronica is af fabriek geprogrammeerd voor het vooruit varen van het model. Houd bij uw
vaarmaneuvers ook rekening met het feit dat u, anders dan in vb. een auto niet over een achteruitrijfunctie
beschikt.
Vermijd bruuske stuurbewegingen. Anders kan het model kantelen en is het niet meer bestuurbaar. Als de berging van
het model te lang duurt, dreigt het bovendien te zinken door indringend water.
Het varen is slechts toegelaten wanneer het bovendek is bevestigd. In geval van kantelen kan ondanks een geïnstalleerd
bovendek, water in de boot binnendringen en de afstandsbedienings- en aandrijvingsonderdelen vernielen (of de
boot zinkt). Verlies van garantie/aansprakelijkheid!
De vaarregelaar in het model heeft omwille van veiligheidstechnische redenen een geïntegreerde onderspannings-
herkenning voor de vaaraccu. Wanneer de accu wordt afgesteld om een schadelijke diepontlading van de vaaraccu te
vermijden, zou het model mogelijks onbestuurbaar in het water drijven en eventueel verloren gaan.
Onderbreek daarom tijdig, ten laatste na een vaartijd van 5 tot 8 minuten (afhankelijk van de vaarstijl en de gebruikte
accu) het varen om met eigen kracht de oever te bereiken en een diepontlading van de vaaraccu te vermijden.
Het uitvaren in ongunstige omstandigheden, zoals sterke wind en hoge golven, is niet toegestaan en kan tot verlies
van het model leiden.
Als u tijdens het varen ongewone geluiden of een plots toerental- of snelheidsverlies vaststelt, moet het varen onmiddellijk
worden beëindigd en naar de oorzaak worden gezocht. In de meeste gevallen heeft zich vb. zeegras rond de
scheepsschroef gewikkeld, wat de aandrijving bemoeilijkt of bijna tot stilstand kan brengen. Deze omstandigheid zou
bij een verder gebruik eventueel tot vernietiging van aandrijvingscomponenten leiden. Verlies van garantie/
aansprakelijkheid!
Controleer voor elke vaart de werking van de waterkoeling. Hiervoor kan vb. met een klein buisje lucht in de inlaat van
de waterkoeling (zie afbeelding 6, pos. 3) worden geblazen. De lucht (resp. het water tijdens het varen) moet via de
aan de zijkant van de scheepsromp gemonteerde uitlaat opnieuw worden geloosd. Voor een functionerende waterkoeling
moet deze waterinlaat altijd vrij zijn van vuil. De aandrijfcomponenten kunnen anders oververhitten en beschadigd
raken. Vaar nooit met een verstopte of omwille van een geknikte leiding niet werkende waterkoeling. Verlies van
garantie/aansprakelijkheid!
Plaats het model voorzichtig en horizontaal in het water. Let daarbij op dat het roer en de scheepsschroef niet aan de
grond lopen en vrij kunnen draaien.
Trek voorzichtig de gashendel in de richting van het handvat. Het model begint vooruit te varen. Wanneer u het
stuurwiel van de afstandsbediening naar links of rechts draait, zal uw model een overeenkomstige bocht varen.
De vaartijd bedraagt naargelang de vaarstijl ca. 5 tot 8 minuten. Beëindig tijdig het uitvaren en vaar naar de oever.
Verwijder het bovendek, ontkoppel de vaaraccu, schakel de zender uit en controleer of er water in het model is
gedrongen. Binnengedrongen water moet onmiddellijk worden verwijderd. Let hierbij op dat dit water tijdens het
afvoeren niet in de afstandsbedienings- en aandrijvingsonderdelen raakt.
Het indringen van kleine hoeveelheden water (max. ca. 100 ml per vaart) is normaal en moet na elke vaart
worden verwijderd. Na het uitvaren moeten de motor en vaarregelaar tot de omgevingstemperatuur afkoelen.
Neem daarom voor de volgende uitvaart een pauze van ca. 5 tot 10 minuten. Het bovendek moet hierbij
gedemonteerd blijven voor een betere koeling.
Praktische tip:
Als de waterinsijpeling constant verhoogt, is het smeermiddel meestal uit de aandrijvingsas gestroomd. In
dit geval moet de as worden verwijderd en opnieuw ingevet. Houd daarbij ook rekening met de voorschriften
in het hoofdstuk „Onderhoud en verzorging“.