Xerox Phaser EX7750 安装指南

下载
页码 218
2
2-17
De EX7750 in een netwerk met UNIX-werkstations
Belangrijke opmerking over de externe-printernaam
Voor elke UNIX-variant moet de externe-printernaam (of 
rp
 in het bestand 
/etc/printcap
) bij het configureren van de EX7750 een van de volgende waarden 
hebben
:
print
hold
De externe-printernaam wordt ook gebruikt bij het instellen van een Windows 2000-
server of Windows 2000/XP-werkstation om verbinding te maken met de EX7750 via 
TCP/IP. Voer tijdens het instellen van de Windows-printer de externe-printernaam 
in onder “Naam van printer of afdrukwachtrij op die (lpd host) machine” in het 
dialoogvenster LPR-compatibele printer.
Voor het Windows 2000/XP-printerstuurprogramma voert u de externe-printernaam 
voor de wachtrijnaam in onder LPR-instellingen in het dialoogvenster Standaard 
TCP/IP-poortmonitor configureren.
De EX7750 instellen op TCP/IP-netwerken
Elke computer (host) in een TCP/IP-netwerk, inclusief de EX7750, moet een uniek 
32-bits internetadres (IP-adres) hebben. Neem contact op met de netwerkbeheerder 
voor het adres van de EX7750. Werkstations in een TCP/IP-netwerk kunnen 
rechtstreeks naar de EX7750 afdrukken als een externe printer, of kunnen afdrukken 
naar een Windows 2000- server of naar UNIX-werkstations die als afdrukserver zijn 
ingesteld. Aangezien de EX7750 taken op de schijf plaatst en fungeert als afdrukserver, 
heeft het geen zin een andere afdrukserver te installeren tussen een werkstation en de 
EX7750. Als u dat toch doet, zijn de instellingen hetzelfde, behalve dat een 
clientcomputer geen eigen ruimte heeft om taken op te slaan.