Xerox Phaser 7760 产品宣传页
Speciale taaktypen afdrukken
Phaser® 7760-kleurenlaserprinter
1-25
Persoonlijke, persoonlijke opgeslagen, beveiligde, test- of
opgeslagen testafdruktaken verzenden
opgeslagen testafdruktaken verzenden
Gebruik een ondersteund stuurprogramma om een afdruktaak te specificeren als een
persoonlijke afdruktaak, een persoonlijke opgeslagen afdruktaak, een testafdruktaak of een
opgeslagen afdruktaak.
persoonlijke afdruktaak, een persoonlijke opgeslagen afdruktaak, een testafdruktaak of een
opgeslagen afdruktaak.
Opmerking:
Persoonlijke en persoonlijke opgeslagen afdruktaken worden niet ondersteund
in Windows 98 SE.
Besturingssysteem
Procedure
Windows 98 SE,
Windows 2000,
Windows XP,
Windows Server 2003
PostScript-
stuurprogramma
Windows 2000,
Windows XP,
Windows Server 2003
PostScript-
stuurprogramma
1.
Kies het tabblad Uitvoeropties.
2.
Selecteer het taaktype onder Walk-Up-functies.
■
Voer voor een beveiligde afdruktaak een wachtwoord van vier cijfers
in dat u aan deze taak wilt toewijzen.
in dat u aan deze taak wilt toewijzen.
■
Voer voor testafdrukken en opgeslagen afdruktaken de naam in die u
aan deze taak wilt geven.
aan deze taak wilt geven.
■
Voer voor een persoonlijke opgeslagen afdruktaak een wachtwoord
van vier cijfers in dat u aan deze taak wilt toewijzen en de naam die u
deze taak wilt geven.
van vier cijfers in dat u aan deze taak wilt toewijzen en de naam die u
deze taak wilt geven.
Mac OS 9-
stuurprogramma
stuurprogramma
In het dialoogvenster Print selecteert u het taaktype in de
vervolgkeuzelijst Taaktype.
vervolgkeuzelijst Taaktype.
■
Voer voor een beveiligde afdruktaak of een persoonlijke opgeslagen
afdruktaak een wachtwoord van vier cijfers in dat u aan deze taak
wilt toewijzen.
afdruktaak een wachtwoord van vier cijfers in dat u aan deze taak
wilt toewijzen.
Mac OS X-
stuurprogramma
(versie 10.2 en hoger)
stuurprogramma
(versie 10.2 en hoger)
In het dialoogvenster Print selecteert u het taaktype in de
vervolgkeuzelijst Taaktype.
vervolgkeuzelijst Taaktype.
■
Voer voor een beveiligde afdruktaak of een persoonlijke opgeslagen
afdruktaak een getal van vier cijfers in, van 0000 tot en met 9999, in
het veld Numeriek wachtwoord.
afdruktaak een getal van vier cijfers in, van 0000 tot en met 9999, in
het veld Numeriek wachtwoord.
■
Voer voor een testafdruktaak of een opgeslagen afdruktaak een
documentnaam in van maximaal 20 tekens in het veld
Documentnaam.
documentnaam in van maximaal 20 tekens in het veld
Documentnaam.