Xerox ColorQube 8870 用户指南
Problemen oplossen
ColorQube 8570/8870 kleurenprinter
Gebruikershandleiding
145
Printer is aangezet, maar er is geen stroom
VOORZICHTIG:
Steek het snoer met drie aders (met aardvork) rechtstreeks in een geaard
stopcontact voor wisselstroom. Gebruik geen verdeeldoos. Neem zo nodig contact op met een
erkende elektricien om een correct geaard stopcontact te installeren.
erkende elektricien om een correct geaard stopcontact te installeren.
Kan niet afdrukken op de printer met een netwerkverbinding
Connectiviteitsproblemen kunnen verhinderen dat u kunt afdrukken op de printer.
Mogelijke oorzaak
Oplossing
Het netsnoer is niet goed op het
stopcontact aangesloten.
stopcontact aangesloten.
Zet de printer uit en ontkoppel het netsnoer. Wacht
30 seconden en sluit het netsnoer goed aan op het
stopcontact. Zet de printer aan.
30 seconden en sluit het netsnoer goed aan op het
stopcontact. Zet de printer aan.
Er is iets mis met het stopcontact waarop de printer
is aangesloten.
is aangesloten.
Sluit een ander elektrisch apparaat op het
stopcontact aan om te kijken of dit apparaat
wel werkt. Als het niet werkt, probeert u een
ander stopcontact.
stopcontact aan om te kijken of dit apparaat
wel werkt. Als het niet werkt, probeert u een
ander stopcontact.
De printer is aangesloten op een stopcontact met
een spanning of frequentie die niet overeenkomt met
de printerspecificaties.
een spanning of frequentie die niet overeenkomt met
de printerspecificaties.
Gebruik een stroombron met de specificaties die
staan beschreven in
staan beschreven in
Mogelijke oorzaak
Oplossingen
Het IP-adres dat het printerstuurprogramma
gebruikt, is niet het adres dat momenteel aan de
printer is toegewezen.
gebruikt, is niet het adres dat momenteel aan de
printer is toegewezen.
Opmerking:
Als er dynamisch een IP-adres aan de
printer wordt toegewezen, kan het IP-adres van de
printer af en toe veranderen, zelfs nadat u het
printerstuurprogramma hebt geïnstalleerd.
printer af en toe veranderen, zelfs nadat u het
printerstuurprogramma hebt geïnstalleerd.
1.
Bepaal welk IP-adres uw printer momenteel
gebruikt. Zie
gebruikt. Zie
op pagina 40 voor meer informatie.
2.
Controleer of de printerpoort geconfigureerd
is met hetzelfde IP-adres dat of dezelfde
DNS-naam die de printer gebruikt.
is met hetzelfde IP-adres dat of dezelfde
DNS-naam die de printer gebruikt.
3.
Configureer de poort indien nodig met het juiste
IP-adres of de juiste DNS-naam.
IP-adres of de juiste DNS-naam.
4.
Als u wilt voorkomen dat het IP-adres later wordt
gewijzigd, kunt u een van de volgende
handelingen treffen:
gewijzigd, kunt u een van de volgende
handelingen treffen:
•
Een statisch IP-adres aan de printer toewijzen.
Zie
Zie
op pagina 37, afhankelijk van welk
adres van toepassing is.
•
Gebruik een DNS-server waarmee u een naam
voor de printer kunt opgeven en zorg dat het
printerstuurprogramma deze naam gebruikt in
plaats van het IP-adres. Raadpleeg de
systeembeheerder voor meer informatie.
voor de printer kunt opgeven en zorg dat het
printerstuurprogramma deze naam gebruikt in
plaats van het IP-adres. Raadpleeg de
systeembeheerder voor meer informatie.