Samsung NXF1 Benutzerhandbuch

Seite von 240
118
Opnamefuncties > 
Flitser
De flitssterkte aanpassen
Wanneer de flitser is ingeschakeld, wordt de flitserintensiteit +/-2 niveaus 
aangepast.
U stelt de 
flitssterkte als 
volgt in:
Selecteer in de opnamemodus [m] 
ĺ
 b 
ĺ
 Flitser 
ĺ
 een 
optie 
ĺ
 [D] 
ĺ
 draai het instelwieltje 1 of het instelwieltje 2 of de 
navigatieknop of druk op [e/e] om de flitserintensiteit aan te passen.
Menu
Terug
Instellen
Resetten
Flitser : Invulflits
• 
U kunt ook de schuifregelaar slepen of 
/
 aanraken om de intensiteit aan te 
passen.
• 
Het bijstellen van de flitssterkte helpt mogelijk niet in de volgende gevallen:
 
-
het onderwerp bevindt zich te dicht bij de camera
 
-
er is een hoge ISO-waarde ingesteld
 
-
de belichtingswaarde is te groot of te klein
 
-
als het te licht of te donker is
• 
In bepaalde opnamemodi kan deze functie niet worden gebruikt.
• 
Als u een externe flitser aansluit op de camera waarvan de flitssterkte kan worden 
aangepast, worden de instellingen voor de sterkte van de flitser toegepast.
• 
Als het onderwerp te dicht bij is wanneer u de flitser gebruikt, kan een gedeelte 
van het licht worden geblokkeerd. Hierdoor wordt een donkere foto veroorzaakt. 
Zorg ervoor dat het onderwerp zich binnen het aanbevolen bereik bevindt. Dit 
verschilt per lens.
• 
Wanneer een lenskap is bevestigd, kan het licht van de flitser worden geblokkeerd 
door de kap. Verwijder de kap om de flitser te gebruiken.