Fujifilm FUJIFILM X10 Manuel Du Propriétaire

Page de 148
111
Problee
mo
p
los
si
n
g
 Problemen en oplossingen
Voeding en batterij
Probleem
Probleem
Oplossing
Oplossing
De camera kan niet wor-
den ingeschakeld.
• •  De zoomring (ON/OFF schakelaar) is niet correct vastgedraaid
De zoomring (ON/OFF schakelaar) is niet correct vastgedraaid:  Draai de zoomring tot OFF en draai de zoomring 
daarna terug op het punt tussen 28 en 112 (
P 15).
•  De batterij is leeg: Laad de batterij op of plaats een volledig opgeladen reservebatterij (
P 10).
•  De batterij is niet goed geplaatst:  Plaats de batterij nogmaals en in de juiste richting in het compartiment 
(
P 11).
•  De afdekkap van het batterijcompartiment is niet vergrendeld:  Vergrendel de afdekkap (
P 11).
•  De netstroomadapter of het DC-koppelstuk zijn niet goed aangesloten: Sluit de netstroomadapter en het DC-
koppelstuk goed aan.  
De batterij raakt snel leeg.
•  De batterij is koud:  Warm de batterijen op in een van uw zakken of op een andere plaats en stop de bat-
terijen pas vlak voordat u gaat fotograferen in de camera.
•  Er zit vuil op de polen van de batterij:  Maak de polen schoon met een zachte, droge doek.
• • 
o
o  HELDERDER LCD
HELDERDER LCD  is geselecteerd voor  
x
x  ENERGIE BEHEER
ENERGIE BEHEER:  Selecteer  
n
n  ENERGIE BESP.
ENERGIE BESP.  om de 
batterij minder te belasten (
P 105).
• • 
R
R  is als opnamestand geselecteerd:  Selecteer de B
B-stand om de batterij minder te belasten (P 23).
• 
x VOLGEN is geselecteerd voor F SCHERPSTELLING: Selecteer een andere AF-stand (P 86).
•  AF-C is geselecteerd als scherpstelstand: Selecteer een andere scherpstelstand (
P 46).
•  De batterij is heel vaak opgeladen:  Het einde van de levensduur van de batterij is bereikt. Koop een 
nieuwe batterij.
De camera wordt plotse-
ling uitgeschakeld.
• •  De zoomring (ON/OFF schakelaar) is niet correct vastgedraaid
De zoomring (ON/OFF schakelaar) is niet correct vastgedraaid:  Draai de zoomring tot OFF en draai de zoomring 
daarna terug op het punt tussen 28 en 112 (
P 15).
•  De batterij is leeg:  Laad de batterij op of plaats een volledig opgeladen reservebatterij (
P 10).
•  De netstroomadapter of het DC-koppelstuk is afgekoppeld:  Sluit de netstroomadapter en het DC-koppelstuk 
opnieuw aan. 
De batterij wordt niet 
opgeladen.
Plaats de batterij in de juiste richting in de batterijlader en sluit de lader aan op een stopcontact (
P 10).
Het opladen verloopt 
traag.
Het opladen verloopt traag (
P iv).
De laadindicator brandt, 
maar de batterij laadt 
niet op.
•  Er zit vuil op de polen van de batterij: Maak de polen schoon met een zachte, droge doek.
•  De batterij is heel vaak opgeladen: Het einde van de levensduur van de batterij is bereikt. Koop een 
nieuwe batterij. Neem contact op met uw FUJIFILM-dealer als de batterij nog steeds niet kan worden 
opgeladen.
•  De batterij is te warm of te koud:  Wacht totdat de batterijtemperatuur is gestabiliseerd (
P 10).
Probleemoplossing