Xerox Phaser EX7750 Leaflet

Page of 126
4
4-1
Werken met PostScript-toepassingen
Dit hoofdstuk bevat richtlijnen voor het gebruik van toepassingen die zelf 
-
uitvoer genereren, zoals bepaalde DTP-toepassingen, illustratieprogramma’s en 
toepassingen voor pixelbewerking. Zie
 op pagina 7-1 voor informatie over het 
gebruik van specifieke toepassingen. 
Werken met PostScript-toepassingen
De meeste toepassingen die voor illustraties, 
bewerking en paginaopmaak worden 
gebruikt, kunnen de PostScript-informatie maken die naar een PostScript-printer 
wordt verstuurd of in PostScript-bestanden wordt opgeslagen. Illustrator, Photoshop, 
PageMaker, QuarkXPress en Macromedia FreeHand zijn allemaal PostScript-
toepassingen.
PostScript-toepassingen werken op verschillende manieren met kleuren. In de meeste 
toepassingen kunt u 
 kiezen (door een percentage voor cyaan, magenta, 
geel en zwart in te voeren) en kunt u 
 kiezen in een 
steunkleurensysteem, bijvoorbeeld PANTONE. Wanneer u composieten afdrukt, 
versturen deze toepassingen de equivalenten van proceskleuren voor benoemde 
 naar de Kleurenserver. In sommige toepassingen kunt u ook kleuren 
kiezen aan de hand van 
 of andere kleurmodellen.
Over het algemeen verzenden PostScript-toepassingen kleurgegevens naar de 
Kleurenserver in de vorm van CMYK-gegevens. Een uitzondering hierop vormen  
RGB-afbeeldingen die in een document zijn geplaatst en die direct naar de 
Kleurenserver worden verzonden (tenzij u speciale kleurbeheerinstellingen opgeeft in 
de toepassing). Bovendien verzenden bepaalde PostScript-toepassingen waarmee 
u kleuren in RGB- of andere kleurmodellen kunt definiëren de gegevens ook naar 
de Kleurenserver in deze kleurenruimten.
Het kleurbeheer in PostScript-toepassingen is eigenlijk ontworpen voor het afdrukken 
op een offsetpers. Daarom zijn enkele aanpassingen nodig wanneer u afdrukken maakt 
op de Kleurenserver. Weergegeven versies van kleuren die u in deze toepassingen kiest, 
Hoofdstuk 4:
Kleurbeheer 
in PostScript-
toepassingen