Xerox Phaser 3052 User Guide
Afdrukken in Windows
Xerox
®
Phaser
®
3052/3260
Handleiding voor de gebruiker
69
Paginakader: gebruik deze optie om een keuze te maken uit een grote hoeveelheid verschillende
kaders voor uw aflevering.
kaders voor uw aflevering.
2-zijdig afdrukken
U kunt op beide zijden van een vel papier afdrukken. Voordat u gaat afdrukken, moet u eerst bepalen in
welke richting u het document wilt afdrukken.
welke richting u het document wilt afdrukken.
Opmerking:
Het is mogelijk dat niet alle toepassingen op uw model beschikbaar zijn.
•
Standaardinstelling printer: als u deze optie selecteert, wordt deze toepassing bepaald door de
instellingen die op het bedieningspaneel van de printer worden geselecteerd.
instellingen die op het bedieningspaneel van de printer worden geselecteerd.
•
Geen: het document wordt 1-zijdig afgedrukt.
•
Lange zijde: dit is de conventionele lay-out die bij boekbinden wordt gebruikt.
•
Korte zijde: deze lay-out wordt vaak gebruikt voor kalenders.
•
Omgekeerd dubbelzijdig: het document wordt 2-zijdig afgedrukt en de afbeeldingen op de
achterzijde worden 180 graden gedraaid.
achterzijde worden 180 graden gedraaid.
Tabblad Papier
Met de opties op het tabblad Papier kunt u de basisspecificaties voor papierverwerking instellen
wanneer u naar de printereigenschappen gaat.
wanneer u naar de printereigenschappen gaat.
Kopieën
Hiermee kunt u kiezen hoeveel afdrukken er worden afgedrukt. U kunt 1 tot 999 afdrukken selecteren.
Papieropties
•
Origineelformaat: hiermee kunt u het formaat van het origineel dat u afdrukt, instellen. Als het
gewenste formaat niet in de lijst staat in het vak Formaat, selecteert u Bewerken: Als het venster
Aangepaste papierformaatinstellingen verschijnt, stelt u het papierformaat in en selecteert u OK.
De instelling verschijnt in de lijst, zodat u deze kunt selecteren.
gewenste formaat niet in de lijst staat in het vak Formaat, selecteert u Bewerken: Als het venster
Aangepaste papierformaatinstellingen verschijnt, stelt u het papierformaat in en selecteert u OK.
De instelling verschijnt in de lijst, zodat u deze kunt selecteren.
•
Afdrukformaat: hiermee kunt u het gewenste papierformaat voor de afdrukken instellen.
•
Percentage: gebruik deze optie om de inhoud van de pagina te wijzigen, zodat deze groter of
kleiner lijkt op de afgedrukte pagina. Voer het schalingspercentage in het invoervak Percentage in.
kleiner lijkt op de afgedrukte pagina. Voer het schalingspercentage in het invoervak Percentage in.
•
Bron: gebruik deze optie om de gewenste papierlade te selecteren. Gebruik de handmatige invoer
als u op speciaal afdrukmateriaal, zoals enveloppen en transparanten, afdrukt. Als de papierinvoer
is ingesteld op Automatisch selecteren, selecteert de printer de papierinvoer automatisch op
basis van het benodigde formaat.
is ingesteld op Automatisch selecteren, selecteert de printer de papierinvoer automatisch op
basis van het benodigde formaat.
•
Type: stel het Type in op het papiertype dat in de geselecteerde lade is geplaatst. Hiermee krijgt u
de beste afdrukkwaliteit. Als u op Enveloppen afdrukt, moet Envelop zijn geselecteerd.
de beste afdrukkwaliteit. Als u op Enveloppen afdrukt, moet Envelop zijn geselecteerd.
•
Geavanceerd: met de geavanceerde papieropties kunt u een andere papierbron selecteren voor
de eerste pagina van uw document.
de eerste pagina van uw document.
•
Eerste pagina: als u de eerste pagina op een ander papiertype wilt afdrukken dan de rest van
het document, selecteert u de papierlade met daarin het gewenste papier.
het document, selecteert u de papierlade met daarin het gewenste papier.