Pentax MX-1 Operating Guide

Page of 260
98
2
O
pna
m
en
 m
aken
3
Wijzig de scherpstelling met de 
vierwegbesturing (
23).
De indicatie \ verschijnt op het scherm en 
geeft de geschatte afstand tot het onderwerp 
aan. Gebruik de indicatie als richtlijn bij het 
scherpstellen.
2
voor scherpstelling veraf
3
voor scherpstelling dichterbij
4
Druk op de knop 4.
De scherpstelling wordt vast ingesteld en de camera is klaar om een 
opname te maken.
Nadat de scherpstelling is vastgezet, kunt u nogmaals op de 
vierwegbesturing (5) drukken om de indicatie \ weer te geven en 
de scherpstelling aan te passen.
U kunt het autofocusveld en de manier van scherpstellen wijzigen.
1
Selecteer [AF-instelling] in het menu [A Opnemen 1] 
met de vierwegbesturing (
23).
2
Druk op de vierwegbesturing (5).
Het scherm [AF-instelling] verschijnt.
De opnamestand en de transportstand kunnen niet worden gewijzigd 
terwijl de indicatie \ wordt weergegeven.
Om te schakelen van \ naar een andere scherpstelinstelling, drukt u 
op de vierwegbesturing (5) terwijl de indicatie \ wordt weergegeven.
De autofocusinstellingen selecteren
Stop
Stop
OK
OK
\
 Indicatie