Panasonic KXMB2001GX Operating Guide

Page of 88
6.6 LAN-functies
Functie/code
Selectie
LAN instellen met een DHCP-ser-
ver
MBNM5NM0NM0N
M0“ONMOGELIJK”: Schakelt deze functie uit.
M1“MOGELIJK” (standaard): De onderstaande gegevens worden automatisch toege-
kend via een DHCP (Dynamic Host Configuration Protocol)-server.
– IP-adres
– Subnetmasker
– Standaardgateway
Het IP-adres voor de LAN-verbin-
ding instellen
MBNM5NM0NM1N
Deze functie is beschikbaar als functie #500 is gedeactiveerd.
1. MMenuN A MBNM5NM0NM1N A MSetN
2. Voer het IP-adres van het apparaat op het LAN in via het toetsenblok. A MSetN
A MMenuN
Het subnetmasker voor de
LAN-verbinding instellen
MBNM5NM0NM2N
Deze functie is beschikbaar als functie #500 is gedeactiveerd.
1. MMenuN A MBNM5NM0NM2N A MSetN
2. Voer het subnetmasker van het netwerk op het LAN in via het toetsenblok. A
MSetN A MMenuN
De standaardpoort voor de
LAN-verbinding instellen
MBNM5NM0NM3N
Deze functie is beschikbaar als functie #500 is gedeactiveerd.
1. MMenuN A MBNM5NM0NM3N A MSetN
2. Voer de standaardgateway van het netwerk op het LAN in via het toetsenblok. A
MSetN A MMenuN
De primaire DNS-server voor de
LAN-verbinding instellen
MBNM5NM0NM4N
Deze functie is beschikbaar als functie #500 is gedeactiveerd.
1. MMenuN A MBNM5NM0NM4N A MSetN
2. Voer de primaire DNS-server van het netwerk op het LAN in via het toetsenblok.
A MSetN A MMenuN
De secundaire DNS-server voor
de LAN-verbinding instellen
MBNM5NM0NM5N
Deze functie is beschikbaar als functie #500 is gedeactiveerd.
1. MMenuN A MBNM5NM0NM5N A MSetN
2. Voer de secundaire DNS-server van het netwerk op het LAN in via het toetsenblok.
A MSetN A MMenuN
De apparaatnaam instellen
MBNM5NM0NM7N
1. MMenuN A MBNM5NM0NM7N A MSetN
2. Voer de naam van het apparaat in (om herkenning in het LAN mogelijk te maken).
Gebruik maximaal 15 tekens (zie pagina 49 voor tekeninvoer).
R Het eerste en laatste teken moet een letter of cijfer zijn.
R U kunt ook een streepje invoeren via M1N.
3. MSetN A MMenuN
Opmerking:
R Wil het apparaat op het LAN worden herkend, dan moet de standaardnaam van het
apparaat automatisch worden toegekend. Als u de naam wijzigt, kent u een unieke
naam toe om overlappingen te voorkomen.
Het MAC-adres van het apparaat
weergeven
MBNM5NM0NM8N
1. MMenuN A MBNM5NM0NM8N A MSetN
2. Het MAC-adres van het apparaat wordt weergegeven. A MMenuN
De functie Bonjour instellen
MBNM5NM1NM3N
M0“ONMOGELIJK”: Schakelt deze functie uit.
M1“MOGELIJK” (standaard): De functie Bonjour is ingeschakeld.
De netwerkstatus bekijken
MBNM5NM2NM6N
(alleen LAN-verbinding)
Zie pagina 57 voor meer informatie.
45
6. Programmeerbare functies