Panasonic KXMC6020NL Operating Guide

Page of 120
8. Programmeerbare functies
62
Fax op een specifiek tijdstip 
verzenden
{#}{
4}{1}{2}
Met deze functie kunt u profiteren van het (goedkopere) daltarief van uw 
telefoonmaatschappij. U kunt deze functie maximaal 24 uur vóór het gewenste tijdstip 
instellen.
{
0
UIT” (standaard)
{
1
AAN”
Document verzenden:
1.
Als het {Fax} lampje NIET brandt, schakelt u de faxmodus in door op {Fax} te drukken.
2.
Plaats het origineel (pagina 19).
3.
Pas, indien nodig, de resolutie (pagina 43) en het contrast (pagina 43) aan.
4.
{
Menu} i {#}{4}{1}{2}
5.
Selecteer 
AAN” met {1}. i {Set}
6.
Voer het faxnummer in.
L
Zie stap 3 in “6.3.1 Via de glasplaat”, pagina 45 voor het invoeren van een nummer 
met behulp van snelkiezen en het telefoonboek. (Bij gebruik van het telefoonboek 
hoeft u niet op {Directory} te drukken voordat u op {V} of {^} drukt.)
7.
{
Set}
8.
Voer het tijdstip in waarop het verzenden moet beginnen.
L
Als u de 12-uursklok hebt geselecteerd (pagina 21), druk dan meerdere keren op 
{*}
 om AM of PM te selecteren.
L
Als u de 24-uursklok hebt geselecteerd (pagina 21), wordt de tijd ingesteld met een 
24-uurs weergave.
9.
Als u de glasplaat gebruikt, drukt u op {Set}. i {Black}
Als u de automatische documentinvoer gebruikt, drukt u op {Set}.
L
Het document wordt in het apparaat gevoerd, gescand en opgeslagen in het 
geheugen. Hierna worden de gegevens op de opgegeven tijd verzonden. U kunt 
deze functie pas weer gebruiken voor het verzenden van de volgende fax wanneer 
het verzenden van de eerste fax is voltooid.
Opmerking:
L
Als u na het programmeren wilt annuleren, drukt u op {Stop} wanneer het apparaat niet 
in gebruik is en vervolgens op {Set}.
Foutcorrectie (ECM, Error 
Correction Mode) instellen
{#}{
4}{1}{3}
Deze functie kan worden gebruikt als beide faxen ECM ondersteunen.
{
0
UIT”: Schakelt deze functie uit.
{
1
AAN” (standaard): Als er gedurende het verzenden of ontvangen van faxen een fout 
optreedt, wordt de communicatie door het apparaat ondersteund.
Verbindingstoon instellen
{#}{
4}{1}{6}
Als u vaak problemen heeft bij het verzenden van faxen, kunt u met deze functie de 
verschillende verbindingstonen horen: faxtoon, belsignaal en bezettoon. Met deze tonen 
komt u de status van het faxapparaat aan de andere kant van de lijn te weten.
{
0
UIT”: Schakelt deze functie uit.
{
1
AAN” (standaard): U hoort de verbindingstonen.
Opmerking:
L
Als het belsignaal aanhoudt, is het apparaat aan de andere kant misschien geen fax of 
heeft het apparaat geen papier meer. Neem contact op met de andere partij.
L
Het volume van de verbindingstoon kan niet worden aangepast.
Maximale faxsnelheid instellen
{#}{
4}{1}{8}
{
1
14.4Kbps”
{
2
33.6Kbps” (standaard)
Opmerking:
L
De faxsnelheid kan lager zijn dan de geselecteerde snelheid. Dit hangt van de lijn af.
De functie automatisch verkleinen 
instellen
{#}{
4}{3}{2}
Voor het ontvangen van faxen die langer zijn dan het papier waarop wordt afgedrukt.
{
0
UIT”: Het oorspronkelijke formaat wordt afgedrukt.
{
1
AAN” (standaard): Het apparaat zorgt er zelf voor dat het ontvangen document op uw 
afdrukpapier past.
Functie/code
Selectie