Panasonic KXFLB750BL Instruction Manual

Page of 87
Afdrukken (PC)
52
Afdrukken (PC)
De fax als printer gebruiken
U kunt niet alleen op normaal papier afdrukken, maar ook op bijzondere materialen (transparanten, 
enveloppen).
Afdrukken vanuit Windows-
applicaties 
U kunt bestanden afdrukken die in Windows-
applicaties zijn gemaakt. U drukt bijvoorbeeld als 
volgt af vanuit Microsoft Word:
1
Open het document dat u wilt afdrukken.
2
Selecteer 
[
Print...
]
 in het menu 
[
File
]
.
L
Het dialoogvenster 
[
Print
]
 wordt 
weergegeven.
Klik voor meer informatie over het 
dialoogvenster 
[
Print
]
 op 
[
?
]
 en klik op 
het gewenste onderdeel.
3
Selecteer 
[
Panasonic FLM551/FLB750 
Series
]
 als actieve printer in de 
vervolgkeuzelijst.
L
Klik als u de printerinstellingen wilt 
wijzigen op 
[
Properties
]
.
4
Stel de afdrukinformatie in.
5
Klik op 
[
OK
]
.
L
De fax begint met afdrukken.
Opmerking:
L
Zie page 16 voor het plaatsen van papier.
L
Zie page 52, 53, 81 voor meer informatie over 
de papierspecificaties.
De printereigenschappen instellen 
U wijzigt de printerinstellingen op het tabblad 
[
Paper
]
 in stap 3. Het wordt aanbevolen het 
papier op de fax te testen (vooral speciale 
formaten en typen), voordat u grotere 
hoeveelheden aanschaft.
L
Papierformaat
A4: 210 mm 
×
 297 mm
Letter: 216 mm 
×
 279 mm
Legal: 216 mm 
×
 356 mm
COM10: 105 mm 
×
 241 mm
DL: 110 mm 
×
 220 mm
L
Afdrukstand
Staand: voor staand afdrukken.
Liggend: voor liggend afdrukken.
L
Selectie afdrukmedium
Normaal papier (standaard):
voor normaal afdrukken. De tonerbesparing 
is uitgeschakeld.
Normaal papier (tonerbesparing 
ingeschakeld):
voor het verminderen van het tonerverbruik. 
De afdrukkwaliteit kan minder zijn.
Transparanten:
voor het afdrukken op transparanten.
Transparanten 
Gebruik transparanten die geschikt zijn voor 
laserprinters.
L
Plaats voor afdrukken de transparanten 
met één tegelijk. De afdrukzijde moet naar 
beneden zijn gekeerd.
L
Verwijder elke transparant na afdrukken 
en leg deze op een plat oppervlak voor 
afkoelen, zodat hij niet gaat krullen.
L
Sluit de verzamelaar (page 15) tijdens het 
afdrukken, zodat de transparanten niet gaan 
krullen.
L
Gebruik transparanten die al door de fax zijn 
gevoerd niet opnieuw. Dit geldt ook voor 
transparanten die zijn doorgevoerd zonder 
dat deze bedrukt werden.
L
Sommige soorten transparanten hebben 
instructies voor de kant die moet worden 
bedrukt. Probeer als de afdrukkwaliteit slecht 
is op de andere kant af te drukken.