Panasonic KXFL511BL Instruction Manual

Page of 62
6. Programmeerbare functies
34
6 Programmeerbare functies
Overzicht van functies
6.1 Programmeren
6.1.1 Basisfuncties programmeren
1
Druk op {MENU}.
2
Selecteer de functie die u wilt programmeren.
Druk op {<} of {>} tot de gewenste functie wordt 
weergegeven.
L
De huidige instelling van de functie wordt 
weergegeven.
3
Druk op {A} of {B} tot de gewenste instelling wordt 
weergegeven.
L
Deze stap varieert licht per functie.
4
Druk op {SET}.
L
De geselecteerde instelling is afgerond en de 
volgende functie wordt weergegeven.
5
Als u met programmeren wilt stoppen, drukt u op 
{
MENU}.
6.1.2 Geavanceerde functies 
programmeren
1
Druk op {MENU}.
2
Druk op {<} of {>} tot het “ADVANCE SETTINGS” 
wordt weergegeven.
3
Druk op {SET}.
4
Selecteer de functie die u wilt programmeren.
Druk op {<} of {>} tot de gewenste functie wordt 
weergegeven.
L
De huidige instelling van de functie wordt 
weergegeven.
5
Druk op {A} of {B} tot de gewenste instelling wordt 
weergegeven.
L
Deze stap varieert licht per functie.
6
Druk op {SET}.
L
De geselecteerde instelling is afgerond en de 
volgende functie wordt weergegeven.
7
Als u met programmeren wilt stoppen, drukt u op 
{
MENU}.
De programmering annuleren
Druk op {MENU} om het programmeren te stoppen.
Programmeren door het 
programmacodenummer direct in te voeren
U kunt functies selecteren door direct de 
programmacode (# en tweecijferig nummer) in te voeren, 
in plaats van {<} of {>} te gebruiken.
1. Druk op {MENU}.
2. Druk op {#} en het tweecijferige codenummer (page 
3. Druk op {A} of {B} tot de gewenste instelling wordt 
weergegeven.
4. Druk op {SET}.
5. Als u met programmeren wilt stoppen, drukt u op 
{
MENU}.
6.2 Basisfuncties 
Code #01: Datum en tijd instellen
SET DATE & TIME
PRESS SET
Zie page 15 voor meer informatie.
Code #02: Het logo instellen
YOUR LOGO
PRESS SET
Zie page 16 voor meer informatie.
Code #03: Uw faxnummer instellen
YOUR FAX NO.
PRESS SET
Zie page 18 voor meer informatie.
Code #04: Verzendrapport afdrukken
SENDING REPORT
=ERROR
[
±]
Het verzendrapport met de resultaten van het verzenden 
van faxberichten afdrukken (page 25).
“ERROR” (standaard): Een verzendrapport wordt alleen 
afgedrukt als de verzending niet is gelukt.
“ON”: Een verzendrapport wordt na elke verzending 
afgedrukt.
“OFF”: Er worden geen verzendrapporten afgedrukt.
{
SET}
{
MENU}
{<}{>}{A}{B}
FL511BL_nl.book  Page 34  Monday, August 4, 2003  2:38 PM