Korg SP-500 Manuel D’Utilisation

Page de 88
53
Opnemen
2. Verschillende methodes 
om op te nemen
Het gebruik van Quantize, terwijl 
u opneemt
De Quantize functie corrigeert de timing van uw 
uitvoering. Druk op de “Quantize” cel op de “Rec 
2/3”  pagina, en gebruik de draaiknop of [VALUE] 
knoppen om de precisie van timing aan te geven.
“High”: 
Gegevens worden opgenomen met 
maximale resolutie (een kwartnoot wordt ver-
deeld in 96 delen), en de timing wordt niet 
gecorrigeerd.
 ”–“ ”:  De timing wordt gecorrigeerd tot 
aan de gespecificeerde toonwaarde. Als  “
 ”  
is geselecteerd wordt de timing gecorrigeerd 
tot aan het 32
ste
 triool. Als “
 ” is geselecteerd 
wordt de timing gecorrigeerd tot aan de 
dichtstbijzijnde kwartnoot.
Als u minder nauwkeurige correctie gebruikt,   
of  als u het demper pedaal of andere controle-
gegevens opneemt, is het mogelijk dat het 
resultaat bij het afspelen onnatuurlijk klinkt. 
Om dit te vermijden kunt u het beste opne-
men met een quantize instelling “High” en 
dan de “Quantize” functie op de “Rec 3/3” 
pagina gebruiken om de timing van de gege-
vens van noten te corrigeren. (
 p.57)
Meersporig opnemen
U kunt maximaal vijf opgenomen sporen stapelen 
op de gegevens, die u in “KBD”, “Control” en 
“Chord” hebt opgenomen. Hier vindt u hoe u de 
gegevens van een uitvoering die u hebt opgeslagen 
in “Basis opnemen” kunt laden, en hoe u het kunt 
gebruiken als de basis voor opnames van meerdere 
sporen.
1
Laad de gegevens van de uitvoe-
ring die u hebt opgeslagen
Laad de gegevens van de uitvoering, die 
u hebt opgeslagen, in “Basis opnemen” of 
in Step Recording. (
☞ p.51)
2
Ga naar de “Rec 2/3” pagina
Druk op de [PAGE ¤ ] knop om naar de 
“Rec 2/3” pagina te gaan.
3
Selecteer het spoor, dat u wilt 
opnemen
Druk op de “Track” knop van het spoor  
tot er “Rec” staat.
Er kan maar één spoor tegelijk op “rec” wor-
den opgenomen. De Rec instelling op de “Rec 
1/3” pagina wordt automatisch geannuleerd 
door de nieuwe “Rec” instelling. 
4
Selecteer een klankprogramma
Druk op de “Program” cel en selecteer 
een programma voor het spoor, waarop u 
gaat opnemen. (
☞ p.24)
De Layer of Split functies kunnen niet worden 
gebruikt voor sporen 1-5.
5
Begin met opnemen
Druk op de RECORDER [PLAY/STOP] 
knop; het lampje gaat aan. 
Na twee tellen begint de opname.
Opname stoppen
Druk op de RECORDER [PLAY/STOP] 
knop. Nadat een bericht is verschenen dat 
de gegevens in het geheugen worden 
opgeslagen, zal het indicatielampje van 
de [RECORD] knop uitgaan. De “Track” 
knop verandert naar “Play”.
6
Opnemen van extra sporen
Kies een ander spoor uit, zoals beschre-
ven in stap 3, en neem op door dezelfde 
procedure te gebruiken.
Het opnemen van extra materiaal op het-
zelfde spoor
Druk op de “Record mode” cel en kies 
“OVDB”. U kunt de volgende opneem-
types selecteren. OVWR (overschrijven): 
De nieuwopgenomen gegevens over-
schrijven (en wissen) de eerder opgeno-
men gegevens.
Quantize  cel
      
      
With a setting of 
,