Samsung NXF1 Manuel D’Utilisation

Page de 240
Opnamefuncties
98
98
Opnamefuncties
Opnamefuncties
AF-modus
Hier vindt u informatie over de scherpstelmethoden van de camera.
U kunt de geschikte scherpstelmodus selecteren voor het onderwerp: 
Enkelvoudige Autofocus, Continu Autofocus, Actieve Autofocus of Handmatig 
scherpstellen. De AF-functie wordt geactiveerd wanneer u de [Ontspanknop
half indrukt. In de MF-modus (handmatige scherpstelling) moet u aan de 
scherpstelring op de lens draaien om handmatig scherp te stellen.
In de meeste gevallen kunt u de camera scherpstellen door Enkelvoudige AF 
te selecteren. Snel bewegende onderwerpen en onderwerpen met een klein 
schaduw verschil met de achtergrond, zijn lastig scherp te krijgen. Kies voor 
dergelijke situaties een geschikte scherpstelmethode.
Als uw lens beschikt over een AF/MF-schakelaar, moet u de schakelaar 
instellen op de geselecteerde modus. Stel de schakelaar in op AF wanneer u 
Enkelvoudige AF, Continu AF of Actief AF selecteert. Stel de schakelaar in op 
MF wanneer u Handmatig scherpstellen selecteert.
Als de lens geen AF/MF-schakelaar heeft, drukt u op [F] om de gewenste 
AF-modus te selecteren.
U stelt als volgt de 
autofocusmodus in:
 
In de opnamemodus drukt u op [F] 
ĺ
 een optie.
• 
U kunt de optie ook instellen door op [m] 
ĺ
 b 
ĺ
 AF-modus 
ĺ
 een optie 
te drukken in de opnamemodus.
• 
Afhankelijk van de lens die u gebruikt, kunnen de beschikbare opties verschillen.