Pentax Q10 Mode D’Emploi

147

Op
na

me-i
nst
elli

nge

n

5

De volgende parameters kunnen gewijzigd worden volgens 

de geselecteerde afwerking voor het beeld.

I

*1 Bij [Favoriet 1-3] moet u de instellingen van een kruisverwerkte opname opslaan 

als favoriet om verder te gaan in het palet van de weergavestand. (p.148)

6

Wijzig de instellingen met de vierwegbesturing (45).

U kunt kleurverzadiging en tint controleren met behulp van het diagram.
Beschikbare bewerkingen

Beeldtint

Parameter

Helder/Natuurlijk/Portret/

Landschap/Levendig/

Schitterende kleur

Kleurverzadiging: -4 tot +4
Tint: -4 tot +4
Hoog/laag stemming: -4 tot +4
Contrast: -4 tot +4
Scherpte/Fijne scherpte: -4 tot +4

Gedempt/Bleach Bypass

Kleurverzadiging: -4 tot +4
Kleur aanpassen: Uit/Groen/Geel/Oranje/

Rood/Magenta/Paars/Blauw/Cyaan
Hoog/laag stemming: -4 tot +4
Contrast: -4 tot +4
Scherpte/Fijne scherpte: -4 tot +4

Diapositieffilm

Scherpte/Fijne scherpte: -4 tot +4

Monochroom

Filtereffect: Geen/Groen/Geel/Oranje/Rood/

Magenta/Blauw/Cyaan/Infraroodfilter
Kleur aanpassen: Uit/Groen/Geel/Oranje/

Rood/Magenta/Paars/Blauw/Cyaan
Hoog/laag stemming: -4 tot +4
Contrast: -4 tot +4
Scherpte/Fijne scherpte: -4 tot +4

Cross-processing

Willekeurig/Voorkeuze 1-3/Favoriet 1-3 

*1

E-knop

Wisselt tussen [Scherpte] en [Fijne scherpte]. 

(Niet beschikbaar in de stand C.)

d

/i-knop

Hiermee wordt de ingestelde waarde gereset.

Pentax Q10_DUT.book  Page 147  Wednesday, October 10, 2012  3:56 PM