Xerox 2101 ST Digital Copier/Printer ユーザーガイド

ページ / 464
251
Se
rv
e
r
6.6
Bestanden afdrukken
In dit gedeelte wordt beschreven hoe bestanden worden afgedrukt die zijn opgeslagen in de map.
Een bestand wordt afgedrukt op basis van de opgeslagen instellingen.
Wanneer twee of meer bestanden worden geselecteerd, worden ze afgedrukt in de volgorde waarin ze werden
geselecteerd.
Indien twee of meer koppelingsmappen die bestemd zijn voor gekopieerde bestanden worden opgegeven in
de map waarin een bestand wordt opgeslagen, kunt u opgeven of bestanden automatisch moeten worden
afgedrukt en opgeslagen op de externe apparaten.
Een bestand in een koppelingsmap (nrs. 31 t/m 36) wordt afgedrukt op basis van de instellingen van het
gekoppelde apparaat.
“6.2.2 Opslagmappen instellen” raadplegen voor de instellingen van de koppelingsmap die is bestemd voor gekopieerde
bestanden.
Wanneer twee of meer bestanden worden geselecteerd, worden de toepassingen die zijn ingesteld in het scherm Bestand
afdrukken toegepast op alle geselecteerde bestanden.
Procedure
1
Bestanden bewerken/afdrukken selecteren om het scherm
Harde schijf (bestand kopiëren) weer te geven.
2
Het bestand dat of de bestanden selecteren die moeten
worden afgedrukt.
Bestand(en) in de map afdrukken:
(1)Een map opgeven waarin het bestand is opgeslagen en
daarna Map selecteren selecteren. 
De in de map opgeslagen bestanden worden vermeld.
Een mapnummer invoeren met de 
cijfertoetsen op het 
bedieningspaneel en Start indrukken 
om de map te zoeken.
Indien er een toegangscode voor de 
map is, verschijnt het venster 
Toegangscode invoeren.
Indien u een bestand afdrukt met de 
instelling Auto voor Papierinvoer, 
selecteert dit apparaat automatisch 
het papier van het formaat en de 
richting die oorspronkelijk waren 
geselecteerd toen het bestand werd 
opgeslagen.