Panasonic KXMC6020NL Guia De Utilização
9. Handige informatie
75
9.2 Status van het apparaat
9.2.1 Remote Control gebruiken
U kunt gemakkelijk de volgende functies vanaf de computer
bedienen:
–
bedienen:
–
functies programmeren (pagina 58)
–
opslaan, bewerken en verwijderen van nummers in
telefoonboeken (pagina 44)
telefoonboeken (pagina 44)
–
items voor groepsverzending opslaan of wissen (pagina 46)
–
onderdelen van het journaalrapport weergeven of verwijderen
(pagina 43)
(pagina 43)
–
het journaalrapport opslaan op de computer
–
onderdelen van de bellersidentificatielijst weergeven (pagina
55)
55)
–
bellersinformatie opslaan in telefoonboeken (pagina 56)
–
de bellerlijst opslaan op de computer
1
Start Multi-Function Station. i [Remote Control]
L
Het venster [Multi-Function Remote Control] wordt
weergegeven.
weergegeven.
2
Selecteer het gewenste tabblad.
L
De meest recente gegevens in het apparaat worden
weergegeven.
weergegeven.
3
Voer de gewenste bewerking uit.
L
Klik voor meer informatie over de functies op [Help].
L
U stopt de bewerking door op [Cancel] te klikken.
4
[
OK]
L
U kunt ook op [Apply] klikken als u met de volgende
bewerking wilt doorgaan zonder het venster te sluiten.
bewerking wilt doorgaan zonder het venster te sluiten.
5
Voer het wachtwoord in (functie #155 op pagina 58). i
[
[
OK]
L
De nieuwe gegevens worden naar het apparaat
overgebracht en het venster wordt gesloten.
overgebracht en het venster wordt gesloten.
Opmerking:
L
Sommige functies kunnen niet vanaf de computer worden
ingesteld.
ingesteld.
L
Meer informatie vindt u in het helpbestand. Selecteer hiertoe
[p]
[p]
in Multi-Function Station.
L
Wanneer iemand anders opgeslagen gegevens in het
apparaat wijzigt, kunnen die gegevens worden overschreven.
apparaat wijzigt, kunnen die gegevens worden overschreven.
Controleer of het apparaat op hetzelfde moment niet in
gebruik is voor dezelfde functie.
gebruik is voor dezelfde functie.
9.2.2 Device Monitor gebruiken
U kunt de instellingen en de huidige status vanaf de computer
bevestigen.
bevestigen.
1
Start Multi-Function Station.
2
[
Utilities] i [Device Monitor]
L
Het venster [Device Monitor] wordt weergegeven.
3
De status van het apparaat bevestigen.
[
[
Status]: huidige status van het apparaat
Opmerking:
L
Aanvullende informatie (status toner en afdrukpapier,
gegevens van apparaat enzovoort) wordt weergegeven op het
tabblad [Status] als u op [Advanced Information] klikt.
gegevens van apparaat enzovoort) wordt weergegeven op het
tabblad [Status] als u op [Advanced Information] klikt.
L
U kunt de status van het apparaat bijwerken door te klikken op
[
[
Refresh].
L
Als er een fout tijdens het afdrukken optreedt, wordt Device
Monitor automatisch gestart en wordt de foutmelding
weergegeven.
Monitor automatisch gestart en wordt de foutmelding
weergegeven.
L
Meer informatie vindt u in het helpbestand. Selecteer hiertoe
[p]
[p]
in Multi-Function Station.
9.2.3 De webbrowser gebruiken (alleen LAN-
verbinding)
verbinding)
U kunt de informatie over de instellingen en de status van het
apparaat via de webbrowser bevestigen.
apparaat via de webbrowser bevestigen.
1
Start Multi-Function Station. i [Utilities] i
[
[
Configuration Web Page]
L
U kunt het apparaat ook benaderen door het IP-adres van
het apparaat in te voeren in een webbrowser.
het apparaat in te voeren in een webbrowser.
2
Selecteer een categorie in de menubalk.
[
[
Status]: Toner- en papierinformatie, enz.
[
Systeem]: Huidige status van het apparaat, enz.
[
Netwerk]: Netwerkinformatie, enz.
L
Als u [Systeem] of [Netwerk] selecteert, kunt u
aanpassen welke functies worden weergegeven door te
klikken op de functietabbladen boven in het rechter kader.
aanpassen welke functies worden weergegeven door te
klikken op de functietabbladen boven in het rechter kader.
3
De status van het apparaat bevestigen.
Opmerking:
L
U kunt de status van het apparaat bijwerken door te klikken op
[
[
Herladen].