Руководство Пользователя для Xerox Phaser 5500
Printerinstellingen
Phaser® 5500-laserprinter
1-14
De uitvoerlade selecteren:
1.
Selecteer
Printerinstellingen
op het voorpaneel van de printer, selecteer
Instellingen
papierverwerking
en vervolgens
Papierbestemming
.
2.
Selecteer
Standaarduitvoerlade
,
Bovenste lade van stapeleenheid
of
Onderste
lade van de stapeleenheid
en druk vervolgens op de knop OK.
Opmerking
Als de instellingen in het stuurprogramma en op het voorpaneel van de printer niet met
elkaar overeenkomen, worden de instellingen van het stuurprogramma gebruikt.
elkaar overeenkomen, worden de instellingen van het stuurprogramma gebruikt.
Taak-offset selecteren
In de onderste uitvoerlade van de stapeleenheid en in de standaarduitvoerlade kunnen
vellen in verschillende posities worden geplaatst, waardoor u verschillende taken van
elkaar kunt onderscheiden. Dit wordt taak-offset genoemd. U kunt taken op verschillende
manieren scheiden:
vellen in verschillende posities worden geplaatst, waardoor u verschillende taken van
elkaar kunt onderscheiden. Dit wordt taak-offset genoemd. U kunt taken op verschillende
manieren scheiden:
■
Uit: taken worden niet gescheiden en de uitvoerpositie wordt niet gewijzigd voor de
geselecteerde uitvoerlade.
geselecteerde uitvoerlade.
■
Aan: de uitvoerpositie wordt gewijzigd nadat het laatste vel van de afdruktaak is
afgedrukt. De volgende afdruktaak wordt verschoven, waardoor deze wordt gescheiden
van de vorige afdruktaak.
afgedrukt. De volgende afdruktaak wordt verschoven, waardoor deze wordt gescheiden
van de vorige afdruktaak.
Opmerking
Wanneer de nietmachine is ingeschakeld voor afdruktaken, is taakscheiding geactiveerd.
Ga als volgt te werk om de optie Taak-offset te selecteren:
1.
Selecteer
Printerinstellingen
op het voorpaneel van de printer en druk op de knop OK.
2.
Selecteer
Instellingen papierverwerking
en druk op de knop OK.
3.
Selecteer
Taak-offset
en druk op de knop OK.
4.
Selecteer
Aan
of
Uit
en druk op de knop OK.
Toegang tot de instellingen op het voorpaneel verhinderen
Als u de toegang tot de instellingen op het voorpaneel wilt verhinderen, kunt
u deze instellingen vergrendelen in CentreWare IS. Er verschijnt een
slotpictogram naast de items in het voorpaneel die zijn vergrendeld voor
gebruikers.
u deze instellingen vergrendelen in CentreWare IS. Er verschijnt een
slotpictogram naast de items in het voorpaneel die zijn vergrendeld voor
gebruikers.