Инструкция С Настройками для Brother PE-DESIGN Ver.6
Basisbewerkingen
61
Grote borduurpatronen maken
→ Het dialoogvenster Importeren uit
bestand verschijnt.
2.
Selecteer het borduurpatroonbestand
Largelace.pes in de map Data.
Largelace.pes in de map Data.
b
Memo:
Als er een vinkje in het selectievakje
Voorbeeld staat, verschijnt de inhoud van
het geselecteerde bestand in het vak
Voorbeeld.
Voorbeeld staat, verschijnt de inhoud van
het geselecteerde bestand in het vak
Voorbeeld.
3.
Klik op Importeren om het
borduurpatroonbestand te openen en het
dialoogvenster te sluiten.
borduurpatroonbestand te openen en het
dialoogvenster te sluiten.
b
Memo:
Door te dubbelklikken op de bestandsnaam
importeert u het patroon in de ontwerppagina
en sluit u het dialoogvenster.
importeert u het patroon in de ontwerppagina
en sluit u het dialoogvenster.
→ Het borduurpatroon wordt weergegeven
op de ontwerppagina. (Om het
borduurpatroon te centreren midden in de
ontwerppagina selecteert u de menu-
opdracht Bewerken – Centreren.)
borduurpatroon te centreren midden in de
ontwerppagina selecteert u de menu-
opdracht Bewerken – Centreren.)
Stap 4
Borduurvolgorde controleren
Voordat u het borduurpatroon naait, controleert u
de borduurvolgorde: u kijkt in welke volgorde de
deelgebieden worden genaaid en stelt vast welke
gedeelten van de stof in een ring moeten worden
geplaatst.
De patroondeelgebieden worden genaaid van
links naar rechts, van boven naar beneden.
de borduurvolgorde: u kijkt in welke volgorde de
deelgebieden worden genaaid en stelt vast welke
gedeelten van de stof in een ring moeten worden
geplaatst.
De patroondeelgebieden worden genaaid van
links naar rechts, van boven naar beneden.
1.
Klik op Optie in de menubalk en vervolgens
op Eigenschappen ontwerp.
op Eigenschappen ontwerp.
→ Het dialoogvenster Eigenschappen
ontwerp verschijnt en het eerste
deelgebied dat wordt genaaid is op de
ontwerppagina omkaderd met een rode
lijn.
deelgebied dat wordt genaaid is op de
ontwerppagina omkaderd met een rode
lijn.
b
Memo:
• U kunt de borduurvolgorde niet
controleren terwijl het patroon is
geselecteerd. Daarom moet u de selectie
van het patroon ongedaan maken voordat
u de menu-opdracht Optie –
Eigenschappen ontwerp selecteert.
(Meer bijzonderheden vindt u in “Patronen
selecteren” op pagina 130.)
geselecteerd. Daarom moet u de selectie
van het patroon ongedaan maken voordat
u de menu-opdracht Optie –
Eigenschappen ontwerp selecteert.
(Meer bijzonderheden vindt u in “Patronen
selecteren” op pagina 130.)
• De ontwerppagina wordt altijd zo
weergegeven dat hij het hele venster vult.
Het weergegeven deelgebied wordt
binnen de borduurringinstallatievolgorde
aangegeven boven in het dialoogvenster.
Het weergegeven deelgebied wordt
binnen de borduurringinstallatievolgorde
aangegeven boven in het dialoogvenster.
• Om informatie weer te geven over andere
patronen in de borduurvolgorde klikt u op
Vorige of Volgende.
Vorige of Volgende.
• Deelgebieden die geen steken bevatten,
worden niet weergegeven.
2.
Om het dialoogvenster te sluiten klikt u op Sluiten.
Stap 5
Patroon opslaan
Is het borduurpatroon voltooid, dan wilt u het
misschien opslaan om later te gebruiken.
misschien opslaan om later te gebruiken.
a
Opmerking:
Voordat een borduurpatroon dat u hebt
gemaakt op een aangepaste
ontwerppagina, wordt opgeslagen of
overgebracht op een originele kaart, worden
rijgsteken toegevoegd aan de rand van de
deelgebieden. Ze dienen om de
deelgebieden uit te lijnen tijdens het naaien.
Deze uitlijnsteken verschijnen in de kleur
NIET GEDEFINIEERD en u kunt ze niet
bewerken. (Meer bijzonderheden vindt u in
“Borduren” op pagina 65.)
gemaakt op een aangepaste
ontwerppagina, wordt opgeslagen of
overgebracht op een originele kaart, worden
rijgsteken toegevoegd aan de rand van de
deelgebieden. Ze dienen om de
deelgebieden uit te lijnen tijdens het naaien.
Deze uitlijnsteken verschijnen in de kleur
NIET GEDEFINIEERD en u kunt ze niet
bewerken. (Meer bijzonderheden vindt u in
“Borduren” op pagina 65.)
PeDesignV6NL.book Page 61 Monday, July 12, 2004 8:32 PM