Xerox Phaser 6500 用户指南
Afdrukken
Phaser 6500 kleurenlaserprinter
gebruikershandleiding
gebruikershandleiding
62
Afdrukopties selecteren
In dit gedeelte worden de volgende onderwerpen behandeld:
•
•
•
•
•
Opmerking:
De instellingen van het printerstuurprogramma hebben prioriteit boven de
instellingen van het bedieningspaneel wanneer u afdrukt met de software van het
printerstuurprogramma op uw computer.
printerstuurprogramma op uw computer.
Standaardinstellingen voor afdrukken selecteren (Windows)
Opmerkingen:
•
Aan de hand van deze instructies kunt u de standaardinstellingen van de
stuurprogramma's die op uw computer zijn geïnstalleerd, instellen. U kunt
standaardinstellingen configureren voor een netwerkprinter, die dan voor iedereen die
de printer vanaf het netwerk opent, van toepassing zijn. Zie
stuurprogramma's die op uw computer zijn geïnstalleerd, instellen. U kunt
standaardinstellingen configureren voor een netwerkprinter, die dan voor iedereen die
de printer vanaf het netwerk opent, van toepassing zijn. Zie
meer informatie.
•
Gebruik de volgende procedure voor het instellen van de standaard instellingen, die
worden gebruikt voor alle afdruktaken die vanaf uw computer met behulp van dat
printerstuurprogramma naar de printer worden verzonden. U kunt de
standaardinstellingen voor een individuele afdruktaak onderdrukken wanneer u vanuit
een applicatie afdrukt.
worden gebruikt voor alle afdruktaken die vanaf uw computer met behulp van dat
printerstuurprogramma naar de printer worden verzonden. U kunt de
standaardinstellingen voor een individuele afdruktaak onderdrukken wanneer u vanuit
een applicatie afdrukt.
1.
Ga naar de lijst met printers op uw computer:
•
•
Windows XP SP1 of later: klik op Start > Instellingen > Printers en faxapparaten.
•
Windows Vista: klik op Start > Configuratiescherm > Hardware en geluiden > Printers.
•
Windows Server 2003 en Windows Server 2008: klik op Start > Instellingen > Printers.
•
Windows 7: klik op Start > Apparaten en printers.
2.
Klik in de map Printers met de rechtermuisknop op de naam van het stuurprogramma dat u
gebruikt (printernaam + PCL 6 of PS) en selecteer Voorkeursinstellingen voor afdrukken.
gebruikt (printernaam + PCL 6 of PS) en selecteer Voorkeursinstellingen voor afdrukken.
3.
Selecteer de gewenste opties op de tabbladen van het stuurprogramma en klik op OK om de
selecties op te slaan.
selecties op te slaan.
4.
Stel de standaardinstellingen voor het andere stuurprogramma in, indien van toepassing.
Opmerking:
Raadpleeg voor meer informatie over de opties van Windows-stuurprogramma's de
online Help. Hiertoe klikt u op de knop Help die zich in het dialoogvenster Voorkeursinstellingen
voor afdrukken bevindt.
voor afdrukken bevindt.