Xerox Phaser 4600/4620 用户指南
Papier plaatsen
Xerox Phaser 4600/4620
Handleiding voor de gebruiker
Handleiding voor de gebruiker
16
Papier plaatsen
Papierlade 1 (handmatige invoer) en papierlade 2 worden standaard bij alle configuraties geleverd.
Aanvullende papierladen kunnen als optie worden aangeschaft. Er kunnen maximaal 6 papierladen of
maximaal 4 papierladen en een grote papierlade worden geïnstalleerd.
Aanvullende papierladen kunnen als optie worden aangeschaft. Er kunnen maximaal 6 papierladen of
maximaal 4 papierladen en een grote papierlade worden geïnstalleerd.
Papierlade 1 (handmatige invoer)
1.
Laat papierlade 1 (handmatige invoer), aan de voorkant van
het apparaat, zakken. Klap vervolgens het verlengstuk van de
lade uit.
het apparaat, zakken. Klap vervolgens het verlengstuk van de
lade uit.
Opmerking
Verwijder de krulling van briefkaarten en
etiketten voordat u ze in papierlade 1 (handmatige invoer)
plaatst.
plaatst.
2.
Maak een stapel papier gereed voor plaatsing door ze hol en
bol te buigen en ze uit te waaieren. Maak er vervolgens op
een plat oppervlak een rechte stapel van.
bol te buigen en ze uit te waaieren. Maak er vervolgens op
een plat oppervlak een rechte stapel van.
Opmerking
Er kunnen maximaal 100 vellen bankpostpapier van 80 g/m², 20 transparanten of
10 enveloppen in papierlade 1 (handmatige papierinvoer) worden geplaatst.
3.
Plaats het afdrukmateriaal met de afdrukzijde naar boven gericht en tegen de rechterrand van de
lade.
lade.
4.
Pas de papiergeleider aan de breedte van de stapel
afdrukmateriaal aan. Controleer of u niet te veel
afdrukmateriaal hebt geplaatst. De stapel mag niet boven de
maximum vullijn uitsteken.
afdrukmateriaal aan. Controleer of u niet te veel
afdrukmateriaal hebt geplaatst. De stapel mag niet boven de
maximum vullijn uitsteken.
5.
Nadat u het papier in de lade hebt geplaatst, moet u het
papierformaat, het papiertype en de papierkleur instellen via
het bedieningspaneel. Druk op OK om de instellingen te
bevestigen, of op Stop om deze te wijzigen.
Raadpleeg
papierformaat, het papiertype en de papierkleur instellen via
het bedieningspaneel. Druk op OK om de instellingen te
bevestigen, of op Stop om deze te wijzigen.
Raadpleeg
op pagina 64 voor instructies.
6.
Wanneer u vanaf uw pc afdrukt, moet u de toets Papier selecteren om het juiste papierformaat,
de juiste papierkleur en -soort te specificeren. Wanneer u de papiergegevens niet bevestigt,
kunnen er vertragingen bij het afdrukken optreden.
de juiste papierkleur en -soort te specificeren. Wanneer u de papiergegevens niet bevestigt,
kunnen er vertragingen bij het afdrukken optreden.
Als het papier bij het afdrukken niet goed wordt doorgevoerd, duwt u het papier met de hand tot het
automatisch wordt doorgevoerd.
automatisch wordt doorgevoerd.
Raadpleeg
op pagina 58 voor meer informatie over het plaatsen van papier.