Xerox Phaser 4600/4620 用户指南

下载
页码 154
Specificaties van afdrukmateriaal
Xerox Phaser 4600/4620
Handleiding voor de gebruiker
65
Specificaties van afdrukmateriaal
Richtlijnen voor het afdrukmateriaal
Wanneer u papier, enveloppen of andere speciaal afdrukmateriaal selecteert of plaatst, dient u de 
volgende richtlijnen op te volgen:
Het afdrukken op vochtig, gekruld, gekreukt of gescheurd papier, kan papierstoringen en een 
slechte afdrukkwaliteit veroorzaken.
Gebruik alleen kopieerpapier van een hoge kwaliteit. Vermijd papier met letters in reliëf, 
perforaties of textuur/structuur die te glad of te ruw is.
Bewaar papier in de verpakking tot u het nodig hebt. Plaats dozen op pallets of planken en niet op 
de vloer. Plaats geen zware objecten op het papier, of het nu verpakt of niet verpakt is. Bewaar 
papier niet in een vochtige omgeving of onder andere omstandigheden die ervoor kunnen zorgen 
dat het kreukt of krult. 
Er moet in de opslagruimte een vochtbestendige verpakking (plastic container of zak) worden 
gebruikt om te voorkomen dat stof of vocht het papier aantast.
Gebruik altijd afdrukmateriaal dat voldoet aan de specificaties.
Gebruik alleen goedgevormde enveloppen met scherpe, goede vouwen:
GEEN enveloppen met klemmetjes gebruiken.
GEEN enveloppen met vensters, gecoate voering, zelfklevende sluitingen of ander synthetisch 
materiaal gebruiken.
GEEN beschadigde of slecht gemaakte enveloppen gebruiken.
Gebruik alleen het speciale afdrukmateriaal dat voor gebruik in laserprinters wordt aanbevolen.
Wanneer u wilt voorkomen dat speciaal afdrukmateriaal zoals transparanten en etiketvellen aan 
elkaar plakken, verwijdert u deze zodra ze uit de uitvoerlade komen.
Plaats de transparanten op een vlak oppervlak nadat u ze uit het apparaat hebt verwijderd.
Laat het speciale afdrukmateriaal niet voor een lange tijd in papierlade 1 (handmatige invoer) 
zitten. Er kan zich stof en vuil in de handmatige invoer ophopen, en dit kan vlekkerige afdrukken 
veroorzaken.
Wanneer u vlekken wilt voorkomen die door vingerafdrukken worden veroorzaakt, dient u 
transparanten en gecoat papier zorgvuldig te hanteren.
Wanneer u verbleken wilt voorkomen, moet u de bedrukte transparanten niet langdurig aan 
zonlicht blootstellen.
Bewaar ongebruikt afdrukmateriaal bij temperaturen tussen 15 
°
C en 30 
°
C (59 
°
F en 86 
°
F). De 
relatieve luchtvochtigheid moet tussen 10% en 70% liggen.
Zorg bij het plaatsen van papier dat de stapel niet boven de lijn 
28 lb (105 g) of de maximale 
vullijn uitsteekt.
Controleer of de kleefstof van de etiketten gedurende 0,1 seconde een fusertemperatuur van 
200
°
C (392 
o
F) kan verdragen.
Zorg ervoor dat er geen kleefstof tussen de etiketten zit.