Xerox Phaser 4510 产品宣传页

下载
页码 80
Printerinstellingen
Phaser® 4510-laserprinter
4-10
Instellingen voor het verwerken van het papier
In dit gedeelte worden de volgende onderdelen behandeld:
Modus Lade 1 en Modus Lade 2-N instellen
De instelling Modus Lade 1 en Modus Lade 2-N definiëren de media-afhandeling door de 
printer, voor een betere aanpassing aan de gewenste soort afdrukken. Er zijn twee modi voor 
het bepalen van de instelling van papiersoort en papierformaat voor lade 1 en voor laden 2-N, 
en voor het bepalen welke lade wordt gebruikt als er geen specifieke lade is geselecteerd:
Gebruik voor het selecteren van de instelling voor de lademodus een van de volgende opties:
Het bedieningspaneel van de printer
CentreWare IS
Via het bedieningspaneel
Een instelling voor Modus Lade 1 of Modus Lade 2-N op het bedieningspaneel selecteren:
1.
Selecteer 
Instellingen papierlade
 en druk op OK.
2.
Selecteer 
Modus Lade 1
 of 
Modus Lade 2-N
 en druk op OK.
3.
Selecteer de gewenste instelling en druk op OK.
Via CentreWare IS
Een instelling voor Modus lade 1 of Modus Lade 2-N via CentreWare IS selecteren:
1.
Start de webbrowser.
2.
Geef het IP-adres van de printer op in het veld Adres van de browser 
(http://xxx.xxx.xxx.xxx).
Dynamisch
(Standaardinstelling 
voor Modus Lade 1)
Met de instelling Dynamisch ontvangt de printer een verzoek in de laden te 
zoeken naar het papierformaat en de soort die met de afdruktaak 
overeenkomt. Als er geen formaat en type wordt gevonden en het formaat en 
type niet via het bedieningspaneel van de printer zijn geconfigureerd, drukt de 
printer af via de niet-geconfigureerde lade met de hoogste prioriteit met de 
instellingen voor papierformaat en -type van de afdruktaak. De standaard 
ladeprioriteit is lade 2, 3, 4 en dan 1.
Statisch
(Standaardinstelling 
voor Modus 
Lade 2-N)
Met de instelling Statisch kan de gebruiker de instellingen voor formaat en 
soort van het papier voor de laden selecteren via het menu Instellingen 
papierlade op het bedieningspaneel van de printer. Het papierformaat en -type 
van uw afdruktaak moet overeenkomen met de instellingen van het 
papierformaat en -type voor de lade op het bedieningspaneel om vanuit die 
lade af te kunnen drukken.