TomTom Runner 1RR0.001.03 数据表

产品代码
1RR0.001.03
下载
页码 31
25 
 
 
 
4.  Bevestig de crankstelmagneet aan een van de crankstellen van de fiets. Richt de magneet naar 
de liggende achtervork waarop de sensor voor de achtervork is bevestigd. 
 
Tip: zorg ervoor dat de verschillende onderdelen van de cadanssensor correct zijn uitgelijnd op 
je fiets. De spaakmagneet moet het hoofdgedeelte van de achtervorksensor passeren en de 
crankstelmagneet moet de punt van het kleinere deel van de achtervorksensor passeren. 
 
Als de sensoren zich in de juiste positie bevinden, trek je de tiewraps aan zodat de sensoren 
stevig op hun plek worden gehouden. 
5. 
 op je horloge, zodat je nauwkeuriger meetwaarden van de sensor krijgt. De 
wielmaat is de omtrek van de band in millimeters (mm). 
6.  Verplaats de fiets of het crankstel zodanig dat ten minste één van de magneten de sensor 
passeert. Hierdoor wordt de sensor geactiveerd. 
7.  Scrol omlaag in het klokscherm. 
8.  Selecteer Sensors (Sensoren) en druk op de pijl naar rechts. 
9.  Selecteer Bike (Fiets) en druk op de pijl naar rechts om de sensor in te schakelen. 
10.  Als je een sessie start, maakt je horloge verbinding met de sensor en verschijnt er een 
tandwielpictogram onder aan het scherm. 
 
Wanneer het horloge verbinding probeert te maken met de cadanssensor, knippert het tandwiel. 
Als het horloge meerdere sensoren detecteert wanneer het voor het eerst verbinding probeert te 
maken, weet het niet met welke sensor er verbinding moet worden gemaakt. Ga dan naar een 
plek waar zich geen andere sensoren binnen het bereik van het horloge bevinden.