Xerox SmartSend Support & Software Installation Guide

Page of 227
Site-configuratie
SMARTsend
Handleiding voor installatie en beheer
88
SNMP v3—hiermee kunt u aanvullende SNMP v3-accountlegitimatiegegevens invoeren. Voer elke 
gebruikersnaam in het toepasselijke veld in, samen met de corresponderende verificatie- en 
privacytoegangscodes, en klik vervolgens op de toets Toevoegen. Wilt u een account verwijderen, dan 
selecteert u het vakje naast de accountnaam en klikt vervolgens op de toets Verwijderen die zich onder 
de lijst bevindt.
Standaardinstellingen apparaatconfiguratie bewerken
Met Standaardinstellingen apparaatconfiguratie kunt u de instellingen aanpassen en prioriteren die 
SMARTsend tijdens het configureren van apparaten zal gebruiken. Wilt u deze pagina oproepen, dan 
opent u de pagina Xerox-apparaten beheren en klikt u in het linkerdeelvenster op de koppeling 
Standaardinstellingen apparaatconfiguratie bewerken.... 
Deze instellingen kunnen indien nodig voor elk individueel apparaat worden gewijzigd door de 
apparaateigenschappen te bewerken. De apparaateigenschappen kunnen via de pagina Xerox-
apparaten beheren worden opgeroepen door op het pictogram voor Apparaateigenschappen 
 te 
klikken.
Gegevensoverdrachtprotocollen
Met de opties voor Gegevensoverdrachtprotocol kunt u de protocollen definiëren waarmee gegevens 
tussen de SMARTsend-computer en de multifunctionele Xerox-apparaten worden verzonden. De 
ondersteunde protocollen moeten in SMARTsend worden ingeschakeld, zodat deze tijdens het 
configureren van apparaten kunnen worden gebruikt.
Tip:
Controleer of de poorten voor elk vereist ondersteund protocol niet worden geblokkeerd via 
filters bij een switch, router of firewall. Zie 
op pagina 47 voor 
aanvullende informatie.
Opmerking: 
De SNMP v3-opties worden niet weergegeven als SNMP v3 niet in SMARTsend is 
ingeschakeld. Klik op de Homepage van Beheer Standaardinstellingen 
apparaatconfiguratie...
 onder de sectie Xerox-apparaten beheren aan. Zie 
op pagina 88 voor aanvullende 
informatie.
Opmerking: 
Het wijzigen van deze instellingen heeft geen invloed op apparaten die al zijn 
geconfigureerd. 
Opmerking: 
Als u SMARTsend toestaat om de apparaataccounts te beheren die voor opslag 
worden gebruikt, wordt er voor elk geselecteerde protocol een account op de SMARTsend-
computer gemaakt.