Panasonic DMC-TZ5 Operating Guide
56
VQT1Q03
VQT1Q03
57
ASPECTRATIO
De aspectratio (beeldverhouding) van de foto kan worden gewijzigd, afhankelijk van het
formaat voor afspelen of afdrukken.
formaat voor afspelen of afdrukken.
Instellen: Modusknop
→ Druk op ‘MENU/SET’ → Selecteer
‘ASPECTRATIO’ (blz. 20)
Instellingen:
(Alleen foto’s)
4
3
3
2
9
16
Hetzelfde als een tv- of
computerscherm van 4:3
Hetzelfde als een normale
filmcamera
Voor afspelen op breedbeeld-
tv/high-definition-tv
Bij het afdrukken kunnen er randen worden afgesneden. Controleer dit vooraf.
SLIMME ISO
Ter voorkoming van onscherpe foto’s worden de ISO-gevoeligheid en sluitertijd
automatisch afgestemd op de beweging van het onderwerp. Een grotere ISO-gevoeligheid
zorgt voor meer scherpte en reduceert de effecten van trillingen, maar kan leiden tot meer
interferentie. Selecteer de maximale ISO-gevoeligheid op basis van onderstaande tabel.
interferentie. Selecteer de maximale ISO-gevoeligheid op basis van onderstaande tabel.
Instellen: Modusknop
→ Druk op ‘MENU/SET’ → Selecteer ‘SLIMME ISO’ (blz. 20)
Instellingen: OFF /
/
/
Instelinstructies
Beweging van onderwerp
Traag
Snel
ISO-gevoeligheid
Laag
Hoog
Sluitertijd
Traag
Snel
Interferentie
Laag
Hoog
Traag bewegend onderwerp
Snel bewegend onderwerp
ISO-gevoeligheid 200
(Sluitertijd 1/30)
ISO-gevoeligheid 800
(Sluitertijd 1/125)
Toepassingen
(Fotograferen)
10
Gebruik van het menu OPNAME
(vervolg)
Opname/weergave-schakelaar:
Na de opname ziet u gedurende een paar seconden de sluitertijd en ISO-gevoeligheid.
Als de interferentie merkbaar wordt, raden we u aan de waarde voor de instelling te
Als de interferentie merkbaar wordt, raden we u aan de waarde voor de instelling te
verlagen of bij ‘KLEURFUNCTIE’ de optie ‘NATURAL’ te selecteren (blz. 62)
Foto’s kunnen onscherp worden afhankelijk van helderheid, resolutie, positie en
bewegingssnelheid van het onderwerp (als het onderwerp bijvoorbeeld te klein is, zich
aan de rand van de foto bevindt of begint te bewegen als u op de ontspanknop drukt).
aan de rand van de foto bevindt of begint te bewegen als u op de ontspanknop drukt).
GEVOELIGHEID
U kunt de ISO-gevoeligheid (lichtgevoeligheid) handmatig instellen.
We raden hogere instellingen aan om scherpe foto’s te maken op donkere locaties.
We raden hogere instellingen aan om scherpe foto’s te maken op donkere locaties.
Instellen: Modusknop
→ Druk op ‘MENU/SET’ → Selecteer
Instellingen: AUTO / 100 / 200 / 400 / 800 / 1600
Instelinstructies
GEVOELIGHEID
100
1600
Locatie (aanbevolen)
Licht (buiten)
Donker
Sluitertijd
Traag
Snel
Interferentie
Laag
Hoog
AUTO: automatisch instellen met een bereik tot 400 (1000 wanneer u de flitser
gebruikt) afhankelijk van de hoeveelheid licht.
Bij de instelling ‘100’ werkt ‘I.CONTRAST’ niet.
Bereik van flitsopnamen (blz. 39)
Kan niet worden ingesteld bij gebruik van ‘SLIMME ISO’ (u ziet
Bereik van flitsopnamen (blz. 39)
Kan niet worden ingesteld bij gebruik van ‘SLIMME ISO’ (u ziet
)
Als de interferentie merkbaar wordt, raden we u aan de waarde voor de instelling te
verlagen of bij ‘KLEURFUNCTIE’ de optie ‘NATURAL’ te selecteren (blz. 62).