Инструкция С Настройками для Brother PE-DESIGN Ver.6
206
Layout & Editing
Informatie voor gebruikers van optionele grote borduurringen
2.
Om een voorbeeld van de afbeelding weer te
geven klikt u op Weergave en vervolgens op
geven klikt u op Weergave en vervolgens op
Voorbeeld of u klikt op
in de werkbalk.
Patroon opslaan
1.
Klik op Bestand en vervolgens op Opslaan of
Opslaan als en sla vervolgens het patroon op.
Opslaan als en sla vervolgens het patroon op.
→ Het hele patroon wordt opgeslagen als
één bestand (.pes).
b
Memo:
Als de bestandsformaat of het aantal
kleurwijzigingen groter is dan de opgegeven
waarde, of als een van de patronen niet
volledig in een borduurgebied past, verschijnt
het bericht “Afmeting of positie van object
wijzigen. Wilt u de gegevens toch bewaren?”.
kleurwijzigingen groter is dan de opgegeven
waarde, of als een van de patronen niet
volledig in een borduurgebied past, verschijnt
het bericht “Afmeting of positie van object
wijzigen. Wilt u de gegevens toch bewaren?”.
Patroon overbrengen naar
een originele kaart
een originele kaart
1.
Als het patroon wordt weergegeven in de
ontwerppagina, klik dan op Bestand, en
vervolgens op Schrijven naar kaart of klik
ontwerppagina, klik dan op Bestand, en
vervolgens op Schrijven naar kaart of klik
op
op de werkbalk en schrijf vervolgens
het patroon naar een originele kaart.
Een patroon voor een universele borduurring
maakt u door het patroon in elke
ringinstallatiepositie te beschouwen als
afzonderlijke patronen die u vervolgens
combineert.
maakt u door het patroon in elke
ringinstallatiepositie te beschouwen als
afzonderlijke patronen die u vervolgens
combineert.
Wanneer dit soort patroon vervolgens naar
een originele kaart wordt geschreven slaat u
één universele-ringpatroon op als een
combinatie van meerdere patronen.
een originele kaart wordt geschreven slaat u
één universele-ringpatroon op als een
combinatie van meerdere patronen.
Als u bovenstaand patroon naar een originele
kaart schrijft en u het geschreven patroon
bekijkt op de borduurmachine, ziet het er als
volgt uit.
kaart schrijft en u het geschreven patroon
bekijkt op de borduurmachine, ziet het er als
volgt uit.
: Dit patroon wordt genaaid wanneer de
borduurring is geïnstalleerd in de
bovenste positie (positie a).
bovenste positie (positie a).
: Dit patroon wordt genaaid wanneer de
borduurring is geïnstalleerd in de
middelste positie (positie b).
middelste positie (positie b).
: Dit patroon wordt genaaid wanneer de
borduurring is geïnstalleerd in de
onderste positie (positie c).
onderste positie (positie c).
De borduurringinstallatievolgorde voor het
bovenstaande patroon is dus b, a en dan c.
bovenstaande patroon is dus b, a en dan c.
2.
Wanneer u het borduurpatroon hebt
opgeslagen op de computer klikt u op
Bestand en vervolgens op Schrijven naar
kaart en vervolgens op Andere PES-
bestanden om het borduurpatroon naar een
originele kaart te schrijven.
opgeslagen op de computer klikt u op
Bestand en vervolgens op Schrijven naar
kaart en vervolgens op Andere PES-
bestanden om het borduurpatroon naar een
originele kaart te schrijven.
Evenals met de opdracht Huidig ontwerp
worden alle borduurpatronen tegelijk naar de
originele kaart geschreven.
worden alle borduurpatronen tegelijk naar de
originele kaart geschreven.
Als er ruimte is op de originele kaart, kunt u
ook andere borduurpatronen tegelijk naar de
originele kaart schrijven.
ook andere borduurpatronen tegelijk naar de
originele kaart schrijven.
a
Opmerking:
• Is een patroon groter dan het
borduurgebied of is het zo geplaatst dat
het niet geheel in het borduurgebied past
dan verschijnt in plaats van dit
dialoogvenster een bericht “Afmeting of
positie van object wijzigen”. Nadat het
object dat de fout veroorzaakt
geselecteerd wordt weergegeven, wijzigt
u het formaat of de plaats van het object.
(Als de fout door meerdere patronen wordt
veroorzaakt, worden deze in de
naaivolgorde weergegeven.)
het niet geheel in het borduurgebied past
dan verschijnt in plaats van dit
dialoogvenster een bericht “Afmeting of
positie van object wijzigen”. Nadat het
object dat de fout veroorzaakt
geselecteerd wordt weergegeven, wijzigt
u het formaat of de plaats van het object.
(Als de fout door meerdere patronen wordt
veroorzaakt, worden deze in de
naaivolgorde weergegeven.)
a
Opmerking:
• U kunt het opgeslagen bestand niet
openen in Layout & Editing versie 1 en
2.0x.
2.0x.
PeDesignV6NL.book Page 206 Monday, July 12, 2004 8:32 PM