Инструкция С Настройками для Brother PE-DESIGN Ver.6

Скачать
Страница из 272
90
Design Center
Stadium 4 (naai-instellingen)
Beginnersmodus:
Expertmodus:
b
Memo:
• Een andere methode is: de menu-
opdracht Naaien – Eigenschap instellen 
selecteren of met de rechtermuisknop 
klikken op een gebied of lijn.
• Welke naai-instellingen beschikbaar zijn, 
hangt af van het naaitype dat u hebt 
geselecteerd.
2.
Om alleen elementaire naai-eigenschappen 
en eenvoudige instellingen weer te geven klikt 
u op Naar beginnersmodus.
Om alle  naai-eigenschappen en beschikbare 
instellingen voor het geschikte naaitype weer 
te geven klikt u op Naar expertmodus.
b
Memo:
• Instellingen die u niet kunt selecteren in de 
beginnersmodus blijven behouden van de 
vorige instelling in de expertmodus.
• Om het voorbeeldkader te verbergen klikt 
u op Verbergen tip. Om het 
voorbeeldkader weer te geven klikt u op 
Tonen tip.
Wanneer de knop Verbergen tip is 
weergegeven, wordt het voorbeeldkader 
weergegeven. Hier kunt u een 
steekvoorbeeld bekijken wanneer u de 
aanwijzer op de instelling plaatst. Het 
voorbeeldvenster toont het resultaat van 
de wijzigingen die u hebt aangebracht.
3.
Zo nodig wijzigt u de naai-eigenschappen die 
zijn weergegeven onder Lijn naaien of 
Gebied naaien.
b
Memo:
• In sommige gevallen moet u misschien 
door de instellingen schuiven met de 
schuifbalk of het dialoogvenster vergroten 
(door een van de hoeken te slepen) om 
alle naai-eigenschappen te bekijken.
• Hoe u waarden voor instellingen invoert, 
hangt af van de eigenschap. Als u 
numerieke waarden invoert in de 
expertmodus kunt u op de pijltoetsen klikken 
om waarden te selecteren of de waarden 
rechtstreeks invoeren. In de 
beginnersmodus wijzigt u instellingen met de 
schuifknop. Als 
 verschijnt, klikt u op de 
knop om de standaardinstelling te herstellen.
c
Meer bijzonderheden over verschillende 
naai-eigenschappen en instellingen vindt 
u in “Lijnnaai-eigenschappen” op 
pagina 91 en “Naai-eigenschappen 
gebied” op pagina 91.
4.
Wanneer de lijnnaai-eigenschappen zijn 
weergegeven, klikt u op een omtrek om de 
lijnnaai-eigenschappen toe te passen op de 
omtrek.
Wanneer de gebiednaai-eigenschappen zijn 
weergegeven,  klikt u op een gebied om de 
gebiednaai-eigenschappen toe te passen op 
het gebied.
5.
Om het dialoogvenster te sluiten klikt u op 
Sluiten.
Voor naaien omtrek
Voor naaien gebied
Voor naaien omtrek
Voor naaien gebied
a
Opmerking:
Alle instellingen die u opgeeft in het 
dialoogvenster blijven behouden en worden 
toegepast totdat u ze wijzigt. Dit geldt voor 
beide modi.
PeDesignV6NL.book  Page 90  Monday, July 12, 2004  8:32 PM